“Blij met een Van der Bij”
Als zoon van een huisschilder (Roosma Schilders, Franeker) ben ik opgegroeid met verfattributen, de geur van verf en terpentinelucht. Niet verwonderlijk dus dat ik mij altijd aangetrokken heb gevoeld tot de schilderkunst. Ik wilde na mijn middelbare schooltijd dan ook naar de kunstacademie, maar de decaan ontraadde dat mijn vader. Ik ben uiteindelijk econoom (RUG) geworden met schilderen/tekenen en grafiek (lino, zeefdruk, litho e.d.) als hobby.
Ik was en ben een liefhebber van het expressionisme: wel zien wat het voorstelt, maar veel ruimte latend voor de eigen verbeelding/fantasie. Je afvragend wat zou de schilder hebben bedoeld, maar ook zeker wat zie ik er zelf in. Raakt het mij, word ik er triest of vrolijk van en vind ik het prettig om naar te kijken. Als je de kleurige schilderijen van Van der Bij ziet, dan kun je je afvragen wat hij met dat kleurgebruik wou zeggen. Was het omdat hij geïmponeerd werd door het fraaie Friese landschap en was hij onder de indruk van de (toen nog) vele kleuren (nu zouden we zeggen ‘biodiversiteit’) in het Friese landschap en wilde hij dat benadrukken of miste hij al veel kleur in het landschap en was het een roep om meer kleur, of was het alleen maar bedoeld om vrolijk van te worden?
Vooral het werk uit de jaren ’80 en ’90 vond (en vind) ik boeiend. In de latere jaren krijgt de compositie echter steeds meer de overhand in zijn werk zo lijkt het. Met name in de latere periode waarin hij ook zeilschepen begint te schilderen wordt de expressie opgeofferd ten gunste van een bedacht compositieschema. Dat vind ik eerlijk gezegd minder geslaagd. Het schilderij (“Spultsje oan’e Waaddyk, 2002, zie foto onder) dat ik omstreeks 2004 rechtstreeks van Jan Frearks van der Bij heb gekocht heeft die kenmerken ook voor een deel, maar is losser en blijft daarom boeien. Van der Bij is het schilderij samen met zijn vrouw komen brengen en bepaalde waar en hoe hoog het moest hangen.. (en daar hangt het nog).
In het schilderij lijken de kleuren van de Friese vlag in het water te weerspiegelen. Wellicht heeft Van der Bij zijn Friese identiteit op die manier willen benadrukken. Zeker weet ik dat niet en eerlijk gezegd, het kan mij ook niet zoveel schelen. Het laat ruimte voor mijn eigen verbeelding en fantasie.
Ter voorbereiding van het boek ter gelegenheid van het 100ste geboortejaar van Van der Bij heb ik als bestuurslid kennis kunnen nemen van honderden (ruim 600) van zijn werken. Met name de tekeningen/schetsen (houtskool, Siberisch krijt e.d.) waren mij grotendeels onbekend en waren een aangename verrassing. Variërend van vnl. boerderijen, tot geiten, schapen en portretten. Van een houtskool tekening van de kop van dhr De Haan raakte ik erg onder de indruk. Wat een expressie, of zoals Freark Smink zou zeggen: wat soesto? Prachtig!
Ja en dan wordt het moeilijk om een favoriet te benoemen. Als voorzitter van de Lângeiten Fokkersklup Fryslân moet ik eigenlijk de houtskool tekening van een geit kiezen (zie foto).
Maar ook de kop van De Haan scoort hoog. Uiteindelijk hou ik het toch op het kleurige schilderij dat bij ons aan de wand hangt: “Spultsje oan’e Waaddyk”. Dat expressionistische schilderij blijft mij boeien. Ik ben niet alleen blij met deze Van der Bij, maar ik word ook blij van deze Van der Bij.